Synopsis  'Treinreis naar Verweggistan'

een reisverhaal

 

Zes Nederlanders stappen in Moskou in de trans-Mongolië expres, op weg naar Beijing.

De twee zusjes Lonneke en Millie, de vrijgezelle Jeanine, verder Liedewey, een getrouwde vrouw met een time-out, en twee mannen, de jonge student Kees en ten slotte Wim, een wat oudere, pas gescheiden man. Behalve de zusjes, kent niemand een van de anderen.

Gedurende de lange reis, met enkele eentonige trajecten, maken ze kennis met de hebbelijkheden en onhebbelijkheden van hun reisgenoten. Die kennismaking verloopt niet zonder strubbelingen; er ontstaat wrijving. Maar als ze ergens in Mongolië aan hun lot worden overgelaten doordat hun gidsen wegvluchten van wat een rampgebied dreigt te worden, zijn ze op elkaar aangewezen. Hun situatie wordt steeds penibeler. IJzige kou, stormen met regen en sneeuw, een voortdurende dreiging van drinkwatergebrek en de ziekte van een van hen, terwijl hun mobieltjes leeg zijn en ze maar heel weinig hulpmiddelen hebben, vergen het uiterste van allemaal. Ze doen al het mogelijke om zonder hulp van buitenaf te overleven. Maar de kans dat ze Beijing bereiken, wordt steeds kleiner…

 

...the making of...

 

Ik heb nooit eerder een reisverhaal geschreven, en dat was dus een uitdaging. Hoe beschrijf je de details van een reis, zonder dat het een reisgids-tekst wordt? De vorm die ik daarvoor heb gekozen, is dat om beurten een van de reisgenoten iets vertelt over de plaats of plaatsen waar ze langs komen. Als het gedetailleerd wordt, laat ik het de reisgenoten voorlezen uit hun documentatie, waardoor het hopelijk geen reisleidsters-toontje wordt. Bovendien moeten er allerlei haken en ogen in het verhaal worden gebreid, om het meer te laten zijn dan een verplaatsing van A naar B.

Welnu, haken en ogen zijn volop aanwezig, meer dan de reizigers lief is. Maar het is een algemeen bekend gegeven, dat in nood allerlei min of meer verborgen vaardigheden aan het licht komen, die meehelpen aan een oplossing. Wat voor oplossing dan ook...