Pieter Rixtel, (1643-1673)

een dichter zonder rust

 

Auteur: drs. Klaas de Jong (met een beetje ondersteuning van Leny Wijnands)

Uitgeverij Verloren, Hilversum, 2015. 118 pag. ISBN: 978-90-8704-524-1

 

"Zijt gij dan nieuwsgierig te weten wat mij hiertoe heeft vervoerd? een Poëtische drift, die sommigen voor eerzucht zullen uitkrijten;(...) Voor de zotheid heb ik meest geschreven, wetende dat weinig verstandigen mijn Verzen zullen lezen. Vraag je waarom? omdat er weinig (van) zijn."

(Rixtel, voorrede Mengel-Rymen)

 

 

Pieter Rixtel is een vergeten Haarlemse dichter uit de zeventiende eeuw. Vanaf zijn zestiende jaar heeft hij gedichten gepubliceerd. Maar veel tijd om zich als dichter te ontwikkelen was hem niet vergund: hij stierf al op zijn dertigste.

Uit zijn gedichten en uit de reacties op zijn optreden rijst het beeld op van een scherpzinnig man, wiens intelligentie al vroeg herkend werd. Hij mengde zich in godsdienstige en literaire kwesties van zijn tijd. Hij uitte zijn mening vaak in scherpe bewoordingen, wat niet altijd gewaardeerd werd. Rixtel speelde een kleine politieke rol als gangmaker in de onrust in Haarlem tijdens het 'rampjaar' 1672 in een literaire bron uit die tijd wordt hij zelfs 'Volks Pensionaris' (raadgever van het volk) genoemd, maar veel van zijn leven is onbekend.

 

Soms komt men zijn naam nog tegen in studies over leven en werken van Spinoza. Deze werd na zijn verbanning uit de joodse gemeenschap in Amsterdam een tijdlang opgevangen door Franciscus van den Enden, de Amsterdamse rector die in 1652 een Latijnse school op het Singel opende. Rixtel ging daar naar school en kreeg er een belangrijk deel van zijn opvoeding en vorming. Als enige leerling heeft hij een herinnering opgeschreven aan een Latijns schooltoneelstuk van Van den Enden, en zo lange tijd bijgedragen aan de weinige kennis van de tijd waarin Spinoza bij de school van Van den Enden betrokken was.

 

In de bekende geschiedenis van Haarlem 'Deugd boven geweld' komt Rixtel voor als factor van de rederijkerskamer De Wijngaardranken. Deze kamer kreeg dankzij zijn grote engagement een laatste opleving.

Gerrit Komrij vond Rixtel's dichtwerk de moeite waard en nam in zijn bloemlezing van de zeventiende- en achttiende-eeuwse poëzie drie gedichten van hem op.

A.G. van der Steur heeft in zijn artikel 'Is de geschiedenis van Haarlem nu klaar?' de wenselijkheid van een monografie over Pieter Rixtel uitgesproken. Die is er nu.

 

In het werk van Rixtel worden de culturele, stedelijke netwerken en het dichtersmilieu van zijn tijd weerspiegeld. Zijn leven en werk is ook weer een voorbeeld van het belangrijke culturele engagement van de doopsgezinden in de Hollandse steden. Redenen genoeg om meer te willen weten van deze relatief onbekende dichter, wiens leven gekenmerkt werd door veel afwisseling: bij de ondertekening van zijn eerste gedichten vulde hij zijn eigen naam dan ook aan met de spreuk 'Sonder rust'.

In de meeste geschiedwerken en biografische naslagwerken komt hij voor als Pieter Rixtel. Ook geeft hij zijn werken onder deze naam uit. Zijn familie noemt zich Van Rixtel, en als zodanig wordt hij ook in verschillende (notariële) akten genoemd. In het boek wordt voor zijn 'literaire' naam gekozen, waaronder hij zelfstandig gepubliceerd heeft, hoewel soms ook de variant 'Van Rixtel' wordt gebruikt.

 

Het boek is onderverdeeld in vier delen:

In de inleiding, opmerkingen over het bronnenmateriaal en over Haarlem in de 17e eeuw; de inbedding van Rixtel in de tijd waarin hij leefde. Wat gebeurde er om hem heen?

Het tweede deel omvat biografisch materiaal: jeugdjaren, vorming en zijn leven in het Haarlemse, voor zover bekend.

In het derde deel wordt zijn literair oeuvre besproken en in de context van zijn tijd en omstandigheden geplaatst.

Het vierde deel, Rixtels Nachleben, bevat grafdichten van zijn tijdgenoten/dichters, evenals waarderende kritieken uit de eeuwen na zijn dood .

In de bijlagen onder meer een bibliografie over Pieter Rixtel. Wie schreven er over hem, en hoe krijgt hij in de literatuurhistorie en in de historiografie zijn plek.